Kan je executieve functies / vaardigheden wel trainen met spel?
Zijn er zes of elf executieve vaardigheden?

Executieve vaardigheden zijn door wetenschappers opgesplitst in zes tot elf afzonderlijke vaardigheden, afhankelijk van welke wetenschapper je volgt zie je een verschillend aantal. Sommigen benoemden er ooit eerst acht en daarna zes.

Wanneer je met kinderen werkt, kom je er achter dat de vaardigheden eigenlijk bijna niet los van elkaar geobserveerd kunnen worden. Deze hogere cognitieve vaardigheden hangen nauw met elkaar samen. Wanneer je taakinitiatie aandacht wil geven met een spel als bijvoorbeeld Vlotte Geesten, gaat het ook over volgehouden aandacht, emotieregulatie en responsinhibitie.
Dawson en Guare hebben elf executieve functies onderscheiden. Omdat deze in de onderwijswereld het meest bekend zijn geworden, zal ik hieronder op deze set ingaan. Het betreft werkgeheugen, respons inhibitie, emotieregulatie, planning/prioritering, organisatie, doelgericht gedrag, volgehouden aandacht, flexibiliteit, metacognitie, time management en taakinitatie.

De executieve vaardigheden worden door kinderen in verschillende situaties op andere niveaus ingezet. Zo kan een kind bijvoorbeeld enorm goed focussen tijdens een sportwedstrijd, maar tijdens een begrijpend lezen les snel afgeleid zijn. We kunnen en mogen dan niet concluderen dat hij zijn executieve functies of vaardigheden zwak ontwikkeld zijn, hooguit kan je het verschil opmerken, vervolgens in gesprek gaan en met een spel proberen bewustwording te creëren. We mogen niet verwachten dat een kind, wanneer het iets van een spel leert, dit uit zichzelf ook gaat toepassen in bijvoorbeeld een rekenles.

Ik schrijf over executieve vaardigheden, niet over executieve functies. Functies liggen in de hersenen klaar om ontwikkeld te worden tot vaardigheden. Op de klaarliggende functies heb ik geen zicht. Ik kan hooguit gedrag en dus vaardigheden bekijken.

transfer

Het is de begeleider van het spel om de transfer te maken voor het kind. Het is daarom van belang dat de eigen leerkracht de speltraining doet en daarmee bij andere lessen kan teruggrijpen op het geleerde in de speltraining.

Bij elk van de elf executieve vaardigheden som ik een aantal geschikte spellen op. Die lijstjes zijn niet compleet (dat is onmogelijk). Ze zijn bedoeld om je op het spoor te zetten van mogelijk te gebruiken spellen. Er staan ook altijd oude spellen bij die wellicht niet meer in de winkel te verkrijgen zijn, maar de tweedehandsmarkt is heel groot en zo vul je goedkoop je spellenkast aan.

Werkgeheugen

Het werkgeheugen is een ‘basis’ executieve vaardigheid die je nodig hebt bij bijna alles wat je doet en bij alle spellen die je aanleert (uitleg onthouden en regels toepassen bij het spelen)

Spellen waarbij de regels telkens veranderen: Tarantula tango, Fluxx, Kakkerlakkensalade

Daarnaast is er een groot aantal spellen waarbij je vooral deze vaardigheid nodig hebt om te kunnen winnen: Toffe peren, Spokentrap, Beverbende, Mama Mia, Vlotte geesten XL, Speed Cups

Respons inhibitie

Hiermee wordt bedoeld dat je een (re)actie kunt inhouden of uitstellen. Bij alle spelletjes waar snel gereageerd, gepraat of gehandeld moet worden, is dit aan de orde. Bij de volgende spellen heb je deze vaardigheid nodig en krijg je als begeleider aanleidingen om in gesprek te gaan: MaNiKi, Ricochet Robots, PimPamPet, Dodelido, Kakkerlakken salade, Kakkerlakken soep, Vlotte geesten, Set

Emotieregulatie

Bekend zijn de verhalen van mensen die ‘niet tegen hun verlies kunnen’ en het spelbord boos van tafel gooien. Daar zien we dan iemand die zijn emoties uit op een manier die sociaal ‘niet acceptabel’ is. De meeste emoties spelen zich rustiger, binnenin iemand af en dan gaat het niet alleen om verliezen. Wanneer je succesvol bent en overmoedig wordt, verlies je mogelijk je focus waardoor je minder goed gaat spelen. En wanneer je het spel niet leuk (meer) vindt omdat bijvoorbeeld het thema je niet aanspreekt of het artwork lelijk is, of omdat je hyperenthousiast bent, wordt het lastig om door te spelen.

Om emotieregulatie bespreekbaar te maken, kan je spellen inzetten waarbij de kans groot is dat een aantal spelers het op een of andere manier moeilijk gaat krijgen. Dit zijn spellen waarbij heel snel gehandeld moet worden (zie respons inhibitie), waarbij de moeilijkheidsgraat oploopt (Wizard, Crew), waarbij bondjes gesloten en verbroken worden (Coup, De Mol) of waarbij niet gepraat/overlegd mag worden (Magic maze, Wasdah, Team 3).

Taakinitiatie

Met taakinitiatie wordt bedoeld: Jezelf zo organiseren en aansturen dat je snel kunt starten of stoppen met een activiteit. Deze executieve vaardigheid gaat over alert zijn, schakelen en focussen. Van deze spelletjes kan je leren hoe je ervoor zorgt dat je alert blijft, snel kunt reageren en schakelen en hoe je je focus kunt vasthouden. Regelmatig wordt ook de emotieregulatie getriggerd.

Spellen die bij elke beurt een beroep doen op deze vaardigheid: Kakkerlakkensalade, Kakkerlakkensoep, Tarentula tango, Halli Galli, Set, Dodelido (extreme),  Speed Cups, Magic Maze.

Doelgericht  handelen en volgehouden aandacht

Leerlingen leren hun aandacht bij een taak houden. Dit kan geoefend worden met spelletjes waarbij je je langdurig moet focussen. Wanneer kinderen ervaring hebben in het spelen van spellen en langdurig focussen kunnen hier grotere expertspellen voor gebruikt worden: spellen die een uur of meer volledige concentratie vragen meestal omdat ze een beroep doen op het langdurig volgen van een strategie.

Spellen waarbij deze vaardigheden aan de orde zijn en je dus de gelegenheid krijgt om het te bespreken:  Schaken, Dammen, Set, Mastermind, Tricoda, Jungle Speed, MaNiKi, Differix, Rubics cube, Thinkfun games

Plannen en prioriteren

Vooral bij grote spellen zal je een strategie moeten bepalen (een plan om je doel te bereiken) en een daarbijbehorende tactiek (de prioritering, volgorde van je daadwerkelijke acties). De leeftijdsindicatie 12+ op een spel, duidt meestal op een behoorlijk niveau van benodigde strategie en planning. Bij simpele spelletjes kom je er nog mee weg wanneer je tactiek niet (de hele tijd) aansluit op je strategie. Bij expertspellen wordt dat lastiger. Aan deze vaardigheid zit doelgericht handelen en volgehouden aandacht gekoppeld

Geschikte spellen: alle strategische 2-persoons spellen (Gigamic, Gipf project), Schaken, Dammen, Mandala, Azul, Qwirkle, Hive, Splendor, Master mind.

Geschikte expertspellen: alle spellen waarbij strategie en plannen nodig is zoals Onitama, Agricola, Caverna

Bij coöperatieve spellen moet altijd overlegd worden, daarvoor wordt een strategie afgesproken waarna iedere speler acties uitvoert. De simpele spellen in deze soort zijn bij uitstek spellen om plannen en prioriteren aan te leren omdat elke stap besproken wordt tegen het licht van de strategie en er consensus moet zijn, voor gespeeld kan worden. Zoals bij: Max de Kat, de Boomgaard, De geheime gang, De vergeten stad, Het verloren eiland.

Coöperatieve expertspellen: Paleo, Pandemie, Nisyros, De legenden van Andor, Frostpunkt

Doorzetten

Hoe complexer het spel en hoe meer het strategie of samenwerking vraagt, hoe groter de nood aan kunnen doorzetten, zeker als het spel niet gemakkelijk te winnen is. De vraag is of je dit leert door zulke grote spellen of dat je het moet kunnen voor je expert spellen gaat spelen. Escape Room, Century, de Alchemist, Agricola, Caverna, Clank, Everdell, Scoville

Metacognitie

Ik zie metacognitie niet als een aparte executieve vaardigheid, maar als overkoepelend. Albert Einstein schijnt gezegd te hebben: ‘Als je blijft doen wat je deed, krijg je wat je kreeg.’ Ofwel, dan zit er geen ontwikkeling in je handelen. Wanneer je terugkijkt op wat je dacht en deed en bedenkt wat goed ging en wat beter kan (of wanneer iemand anders dat met je bespreekt) komt cognitieve ontwikkeling op gang. Om het even welke bovengenoemde executieve vaardigheid kan ontwikkeld worden door erop te reflecteren. Daar zit de kracht van het begeleiden met spellen. Wanneer je metacognitie toch afzonderlijk aandacht wilt geven, kan je logische denkpuzzels inzetten omdat daar oplopende moeilijkheidgraden geboden worden die aanscherping van tactieken vragen. Bij dergelijke puzzels kom je niet weg met trial and error zoals in spelletjes vaak wel kan. Het is aan de begeleider de taak om de bedachte strategieën en tactieken te bespreken, onhandige samen verwerpen en steeds betere te gaan ontwikkelen.

Heb je interesse om meer hierover te leren? Ik kom graag naar je school om te kijken wat jullie al hebben en hoe je het zou kunnen inzetten. ludiq.arnhem@gmail.com